De zaak Phil Colors deel 1
1. Kibbelingvet sliert het plein op...
2. Jemig! Denkt Rebecca. Een bed? Ik heb al een bed.
3. … en dat hij degene was die 112 gebeld had.
4. Statler! Riep Phil. Waldorf! Hier.
5. Was hij veldmaarschalk geweest dan hadden zijn generaals de oorlog voor hem gevoerd.
6. De nog trillende haartjes verhaalden van de recente aanraking met een zachte Zwitsalborstel.
7. Dat konden Douwe Egberts en Hans Capslock niet voor je oplossen.
8. Wat voor iemand stormt zo uit z’n pantserwagen?
9. … een ietwat elektrische lading tussen beide gesprekspartners
10. Ze stonken niet en leken geeneens op vis.
11. … maar dit keer vermoedde hij een puinhoop Hors catégorie te hebben aangericht.
12. Over het vismeisje was hij tot nog toe bijzonder tevreden.
13. …of Hans nog een Bitburger blieft
14. Dat d’r eieren over de datum waren.
15. Twee struise verpleegsters klotsten op hun witte klompjes binnen.
16. Wat doet koffie eigenlijk met je libido?
17. He could be Bruce fokkin’ Willis if he wanted to!
18. Groener wordt het niet, eikel! Riep iemand achter hem.
19. 'Und dann möchte ich gern einen Wodka …’
20. Er IS nog een ander dingetje dat ik even wil aanstippen …
1.
Perla uit een gouden pak. De keus van de Albert Heijnman op deze zonnige ijskoude zaterdagochtend.
Proeven mensen! En kopen. Wie zou er dankzij dit gratis aangeboden bekertje koffie, wisselen van merk of van boonsoort?
Toch een mooi gebaar, dit bakje troost aan de troosteloze Troosterhof in in de Domstad.
Als de looprekken en andere elektrisch gemotoriseerde bejaarden zich niet in een muurtje voor de koffiemachine zouden hebben opgesteld, zou hij vandaag werkelijk met een bekertje in de hand zijn tocht langs de schappen hebben vervolgd.
Twentsche krentenwegge, mangosap, fair-tradekoffie. Het lijstje is herschreven aan de hand van de looproute. Ruim honderd euro lichter en zonder spaarkaart voor leuke muppetpoppen arriveert hij bij de visboer.
'Ha Croppie!' Alex Crop schrikt. Hij staat met zijn rug naar de spreker blozend vage vis te bestellen bij de blonde Spakenburgse. Voorwaar geen taak die zich afspeelt in zijn comfort zone. 'Ha Phil!' brengt hij uit. Een en ander zonder kleingeld te morsen. Phil laat hem even rustig zijn zakelijke handeling afronden. Zelf is ie nog niet aan de beurt en wil het gesprek op de nieuwe fusalbal brengen die Crop nu al twee weken, tegen de afspraken in, verzuimt heeft te kopen. Zover komt het niet. Een stadsbus wijkt af van zijn route, en komt
aandenderen over het winkelpleintje. Phil, Alex en andere klanten zien het gebeuren en maken zich uit de voeten in de richting van de bakker. De bus ramt de viskar aan de zijkant waardoor deze een kwartslag draait.
De dreun klinkt als een trap in een kartonnen doos. Kibbelingvet sliert het plein op. De bus dendert door. Dan is het even heel stil en ruikt het naar vis, vet, angst en de Douwe Egberts.
2.
Precies op het moment dat de bus de viskraam raakt, opent Rebecca Venster haar ogen. En doet ze snel weer dicht. 'Ik moet eruit', denkt ze, 'en ook niet. Wat een dilemma! Maar misschien is er post.' Ze trekt een onbestemd merk joggingbroek uit de kast en haast zich naar haar brievenbus: een natte Volkskrant hangt er
slapjes uit, maar klampt zich vast aan een blauwe envelop. 'De fiscus weet van geen ophouden', denkt Rebecca. 'Als het mijn lover was zou ik zeggen: de aanhouder wint'. Ze weekt het ding los van de krant en werpt hem - hup - de singel in. Het lucht onmiddellijk op.
Wat zou de bus nog meer in petto hebben? Als eerste vist ze De Kampioen naar boven. Toch jammer dat fotograaf Jurjen Drent zijn favoriete plekjes er niet meer in ontvouwt. Nu moet ze het doen met Guido van Woerkom, een kortingsbon voor Walibi World en de onooglijke vakantiebestemmingen achterin. 'Hoe kleiner de bungalow, hoe groter de vermelding ANVR-erkend', hoofdschudt Rebecca. 'Maar een paar leuke kabouters? Ho maar!'
De Douglas paait haar met extra spaarpunten - Voor jou, Van Valentijn - staat erop; de Bonusfolder van de Albert Heijn blijkt een week oud. En dan ... Rebecca's hand hangt stil als een biddende buizerd. Daar. Op een langgerekte envelop! Haar naam in sierlijk schrift - Lucida handwriting, weet ze - en daaronder in bold italic: GEFELICITEERD. Heeft ze dan toch? Eindelijk? Iets? Gewonnen?
Nog voor ze goed en wel binnen is, heeft Rebecca de envelop al open, flarden van het couvert vallen geruisloos in sneeuw.
.... willekeurige trekking ... leest ze ... mede vanwege het 25-jarig bestaan van onze vestiging ... om ook u in de gelegenheid te stellen het geluk van zalig slapen te ervaren ..... vele ontspannen uren ... uw nieuwe bed, de onovertroffen Haästens Vividus ... graag binnenkort in de winkel om de leveringsdatum overeen te komen ... hoogachtend Phil Colors, vestigingsmanager
Jemig! denkt Rebecca. Een bed! Ik heb al een bed.
Maar geen Haästens, lijkt iemand te zeggen, dicht bij haar oor. Rebecca kijkt opzij, er is niemand.
Ze herleest de brief en ziet een ps: Heeft u vragen of wilt u meer weten over de meest volprezen slaapsensatie ooit, bel mij op nevenstaand nummer. 24/ 7, dag en nacht. 06 81 228859.
'Die heeft dus nul slaapsensatie' denkt Rebecca', maar haar vingers hebben het nummer al ingetoetst ...
3.
'Dreamwear goedenmorgen, U spreekt met Phil Colors' Hij was verbaasd hoe calm, cool en collected het eruit kwam. Alleen het 'Waarmee kan ik u van dienst zijn' liet hij achterwege.
Ondertussen knikte hij geruststellend naar de Spakenburgse vishandelaar die nog steeds, zittend in shock, op de resten van de statafel aan het bijkomen was. Het friturend en kakend volk had het ongeluk niet zien aankomen. De man was in aanraking gekomen met de tv waarop doorgaans in slideshow de dagaanbiedingen bekend werden gemaakt. Dat zou een hersenschudding veroorzaakt kunnen hebben. Het meisje, blond met een brede gulle lach maar dat toch altijd prima alle bestellingen inclusief met en zonder saus kan onthouden was er erger aan toe. Zij stond te bakken en was met het gloeiende vet in aanraking gekomen. Alex had zich over haar ontfermd. Onhandig hield hij haar in zijn armen. Wat moest je doen bij 'verbranding ten gevolge van frituurvet'? Iets erop? Water erover? Blazen?
Phil realiseerde zich dat hijzelf ook in shock was. Hij zag de de wanhopige vragen in de ogen van Alex maar was zelf tot niet meer in staat dan het mechanisch sussen van de Spakenburger. In de film op zijn netvlies zag hij tussen het toegestroomde publiek de bakker die tien keer roepen dat hulp onderweg was en dat hij degene was die 112 gebeld had .Ook zag hij meeuwen en een oudere heer die er met verdwaalde makreelfiletjes vandoor gingen. En tot zijn opluchting een lange pezige figuur die zich losmaakte uit de kijkersmuur en op hen afkwam. Er is gelukkig altijd een dokter in de zaal dacht Phil.
De 'marimba' klonk in zijn binnenzak. Een zakelijk contact.
'Dreamwear goedenmorgen, U spreekt met Phil Colors'
'Underwear, u ook een hele goedenmorgen, u spreekt met Rebecca Venster.
Godbewaarme, een adremme taallolbroek.
4.
... was zijn laatste coherente gedachte. Om hen heen nam de chaos toe. Iemand riep 'Rot op, man! tegen hem. Mannen in witte pakken snelden toe. Phil had eigenlijk geen idee waarom-ie de telefoon had opgenomen. Macht der gewoonte. Maar waarom hield het gerinkel zo aan? Hij keek naar zijn mobiel en wist niet meer waar het voor diende.
Hallo? Hallo? Meneer Colors? Rebecca stond al zeker 2 minuten tegen een haar onbekend nummer te schreeuwen. Het was in het geheel niet vertrouwenwekkend, besloot ze. En Dreamwear klonk ook enorm wazig; Victoria'’s Secret-achtig. Doutzen Kroes op een boxspring. Of erin. Een af- en aanzwellend atonaal geluid drong door haar gsm. Ambulance. Brandweer. Politie. Alledrie tegelijk misschien? Ondanks de skepsis, ontwaakte haar aangeboren compassie: Meneer Colors? Probeerde ze nogmaals. Phil? Hey! PHIL?! Alles
goed met u?
Het ging natuurlijk NIET goed met Phil Colors, die tegen de gevel van de bakkerij was gezakt als een zwerver voor de Sleep In. In slow motion zag hij een stoet van Muppets uit de Albert Heijn naar buiten drommen. Statler! riep Phil. Waldorf! Hier. Ik ben hier! Maar het waren twee oudere vrouwen, met een pak Dash tussen zich in. Rebound-lesbo’s, dat zag-ie meteen. En van na de tweede feministische golf, dus met normale kleinkinderen. Die dan gezellig bij oma & oma mochten logeren. Ha! Hij wond zich ontzettend op en zag niet hoe Alex Crop een duim omhoog stak voordat hij met zijn visblondine in een ambulance verdween. Phil kende
het soort. Ze kwamen zich altijd oriënteren in zijn beddenspeciaalzaak. Heel mooi, die Hästens van u, maar we twijfelen nog over een waterbed, heette het dan. Hij kon ze zo ook wel vertellen dat op hun leeftijd een waterbed al snel als een zwembad voelde waar je niet meer op een normale manier uit kon komen. Stomme nephoeren! riep Phil. Wat deed hij hier eigenlijk? Het leek de hel wel, stinkend naar oliebollen.
Uit de rook kwam een lenige gestalte op hem af. Hee buddy! Rustig ' an, zei de kerel. Hij kwam Phil vaag bekend voor. Terwijl om hen heen de ergste brandwondgevalletjes werden afgvoerd en de rest een bekertje koffie aangeboden kreeg van de bami-to-go outlet Mr. Shiu - ook de eerste emmers heet water werden aangesleept tegen het glibberige vet - wrong de man de mobiel uit Phils hand. Hallo? Ja Dag, hoorde hij zeggen. Mijn naam is Hans Capslock, sportarts bij DVOA. Het nummer dat u gebeld hebt, is momenteel niet
bereikbaar. Probeert u het later nog eens.
Rebecca keek verbijsterd naar d’r telefoon. Tussen haar en het beloofde superbed restte slechts een kiestoon.
5.
Zoals altijd wanneer de situatie met hem op de loop ging, zette Alex Crop zichzelf op de automatische piloot. Sociaal wenselijk gedrag doen zonder erbij na te denken. Eenvoudig omdat hij dan niet in staat was na te
denken. Was hij veldmaarschalk geweest dan hadden zijn generaals de oorlog voor hem gevoerd. "Moeten we niet de vijand in de oostelijke flank aanvallen heer Alex?" "helemaal eens generaal, ga je gang!'Nu zat hij, totaal onterecht, in de ziekenauto naast zijn heimelijk begeerde visblondine alleen maar omdat de grootste ambulancebroeder had gezegd dat hij daar mocht plaats nemen: hij mankeerde niets en had (nog) geen relatie met het vismeisje.
Ondertussen was zijn vriend Phil aan het flippen tegen de muur van het winkelcentrum.
En hij was op weg.
Naar een ziekenhuis waarschijnlijk.
Waarom.
Crop, wat doe je hier.
Crop doe iets.
Zijn pogingen om orde in zijn eigen brein te krijgen teneinde afgewogen en zinvol te handelen waren vooralsnog vruchteloos. Het hielp ook niet dat de Bunschoten/Spakenburgse met shockogen en licht trillend naar het dak van de ambulance staarde. Echt zielig.
Toch bracht hem deze aanblik na enige tijd op een gedachte. Hij zou haar kunnen troosten! Dat hij daar niet eerder opgekomen was. Alleen maar bezig met zijn eigen onhandigheid ...
De blijheid met zijn vondst was zo groot dat hij zijn volgende doorgaans verlammende gedachte: hoe je dat: troosten?, haast als vanzelf overrulede door haar hand in de zijne te nemen.
'Rustig maar, rustig maar ... ' hoorde hij zichzelf zeggen
Goed bezig Crop!'alles komt goed'
6.
Edith Page betrad als eerste de ontbijtzaal van het Kaisers Kirchen Hotel. Zoals gepland. Ze hield ervan als de uitgestalde waar nog niet was omgerommeld door hebberige vingers en lekkere trek. Na elke overnachting had ze het gevoel dat ze jarig was; dat speciaal voor haar de uitgebakken spekjes werden warmgehouden, de
broodversierders neergezet en de yoghert-expo geopend. Steeds vaker was de aanblik ervan haar genoeg; en ook nu beperkte ze zich tot een knapperig broodje kaas. Op haar tafel werd een kan met koffie neergezet. Een nog onbezoedeld exemplaar van Die Welt lag ernaast. Ze schonk zich in en repeteerde haar openingszin voor de board meeting met de hoteldirectie, later die dag.
Meine Damen und Herren, ich freue mich sehr Ihren Gast zu sein. Es waäre nicht besonders empfindlich zu klagen ueber die Qualität Eueren Matratzen. Allerdings muss meine Firma berufsmässig sagen das wir uns immer darüber nochmal beschlafen ... und sind wir stolz darauf dem Kaiserliches ein Vorschlag zu machen wie die Nachte eine noch unvergeßlicher Erfahrung werden.
Het was natuurlijk een Riesen Chance: 125 hoogwaardige Swiss Sense bedden te mogen leveren aan een hotel met een reputatie als het Kaisers Kirchen. Wat niemand wist: een Nederlands product, op Hollandse bodem ontworpen en ontwikkeld; hooguit de motoren van de elektrisch verstelbare systemen waren van Duitse makelij. In dit geval alleen maar een pre.
Ediths aandacht werd afgeleid door de entree van het ideale gezin: vader, moeder, een meisje van vier ruisten aan in veelkleurige ski outfits. Polyamide vermomd als zijde. In de kinderstoel een peuter, met een gezicht als een theelepeltje. De nog trillende haartjes verhaalden van de recente aanraking met een zachte zwitsalborstel. Statische elektriciteit, maar zo, op een afstand, leek het alsof het engelachtige wezentje nog wat laatste berichten uit de ruimte opving. Het zette ze stralend door naar Edith. Die, zonder te weten waarom,
dacht aan Phil. De man met wie het goed maar onsuccesvol slapen was geweest. De partner die ze gisteren - was het echt gisteren? - na 13 jaar de rug toe had gekeerd.
7.
'Tuurlijk was ik te laat Hans. Ik kwam niet op een woord en toen was de feud aan en te laat en het is niet de oorzaak maar wel de aanleiding en de druppel. En ik was geresigned. Dat zegt ie dan zelf he. Dus ik had het niet gechat ofzo. Dus helemaal niet. Maar toen was ze inene ook echt weg he. Echt weg weg weetjewel analoog . En boos. Weg.'
"Phil. PHIL! Shut up!"
Hans Capslock was de wartaal die Phil uitsloeg niet gewend: waar was de steady verdediger die zo kordaat 'de lijnen kon uitzetten'? Oke er was een ongelukje gebeurd maar welbeschouwd was Phil er toch zonder kleerscheuren vanaf gekomen.
'Waar is je winkelwagen? Ik breng je thuis' 'pakte hij door.
Daarop begon Phil zachtjes te huilen. Thuis. Wat was nu nog thuis. Dat konden Douwe Egberts en Hans Caplock niet voor je oplossen. Goeie ouwe lange Hans. Hij wees slapjes naar z'n weekvoorraad omtraliede boodschappen op wielen en liet zich in de benen helpen door Hans. Eigenlijk alleen om hem een plezier te doen. Voor Phil zelf hoefde het allemaal niet en had hij best de nacht door willen brengen in dit trieste winkelcentrum.
Toch zat hij even later in Hans' grote zwarte 4x4. Phil kwam met zijn wang tegen het koude raampje weer een beetje bij zinnen. Zozeer zelfs dat hij bewust zijn gezicht van het raam haalde omdat deze houding in combinatie verkeersdrempels erg onaangenaam werd. Hij wilde Hans dan toch maar bedanken voor z'n inspanningen en hem op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen tussen hem en Edith. En dat hij dus nu ook niet meer terecht kon in Ediths knusse bovenwoning aan het Predikherenkerkhof maar dat als Hans
hem 'thuis' wilde brengen, dat dan zou moeten naar zijn zaak in Kanaleneiland, alwaar hij zijn thuis een gezicht had gegeven in de vorm van een veldbed. Weliswaar met een Haästens erop maar het bleef een veldbed.
'Zal ik Edith even bellen?' was Hans hem voor. Phil zeeg weer huilend tegen het glas en het zou een vijftal drempels duren voordat hij zijn verhaal aan Hans kwijt kon.
8.
Terwijl Phil wordt wegbezorgd, harkt Rebecca een boodschappentas bij mekaar. Ze is duidelijk not amused. Ophangen en afserveren, pffft. Hou die stomme Haästens maar!
En verder is het ook nog eens zaterdag. Dat wil zeggen: kattenvoer voor heel donker Afrika, koffiepads voor de witman, en puntparikas voor de rest. Tot overmaat van ramp wordt dr wagen geblokkeerd door een hinderlijk klein groen autootje. Ze moet dus: a. Op zoek naar de eigenaar, b. Op een niet-geirriteerde manier vragen of hij zijn auto verplaatst, c. Fluitend uit- en wegrijden. Hoe moeilijk kan het zijn?, denkt Rebecca. Kijk die sneeuwklokjes goedkeurend applaudiseren. Niks mis met de animaties vandaag!
De route naar het winkelcentrum is een zwierige, vol rondingen. Ze kan’m dromen. Is het daarom dat ze niet ziet hoe een zwarte fourwheeldrive juist van het parkeerterrein afbuigt en trefzeker de weg opdraait? De blikken impact is kleiner dan de fysieke schok: ze hing per slot van rekening zelf al in de remmen. Maar shit-nog-an-toe: een botsing niettemin. Nee! Wat voor iemand stormt zo uit z’n pantserwagen? Is het een schelder? Een gebaarder? Een wemoetenwelevendepolitiebellen-figuur? Rebecca is al uitgestapt, voordat
met enige moeite de bestuurder van de 4x4 zijn portier heeft opengedrukt. Een lange, flegmatieke persoon komt op haar toe. Steekt zn hand uit en vraagt: geen letsel?
Alleen maar een beetje beletsel, lacht Rebecca opgelucht. Ik bedoel: de boodschappen duren nog langer vandaag. En bij jou?
Geen blikopener nodig, zegt de man, maar wel een schadebedrijf. Zullen we het papierwerk dus maar ... Mijn naam is Hans, trouwens. Hans Capslock.
Rebecca Venster. Zegt Rebecca. En eh ... ik weet trouwens niet of ik die papieren bij me heb. Ze zien er altijd zo ouderwets uit. Of je eten op de bon is ...
De zin loopt uit op een vraagteken. Er zit nog iemand in de SUV. Hij hangt er slapjes bij. Is je bijrijder wel in orde? vraagt Rebecca aan Hans. Die is inmiddels bezig met een situatieschets. Op de achterkant van een kassabon.
9.
'O.
Dat.
Die.
Die is even out. Teveel emoties in een korte tijd. Maak je geen zorgen. Heeft niks met onze kleine encounter te maken. Maarre ... Ik weet eigenlijk helemaal niet wie schuld heeft. En dat blijkt ook helemaal niet uit wat ik op deze kassabon schets. Rebecca. Wat stel jij voor? Hoe zullen we dit varkentje als nette mensen wassen. Want eerlijk gezegd wil ik mijn goede vriend hier, zo snel mogelijk in vertrouwde omgeving weer tot leven wekken. Je ziet hoe hij er aan toe is. Weet je, ik stel het volgende voor ...'
Hans vroeg zich af wat er met hem aan de hand was. Zoveel zinnen achter elkaar tegen een wildvreemde vrouw. En dat dat maniakale 'kijk mij eens alles onder controle hebben'.
Rebecca ondertussen, vroeg zich af wat er met haar aan de hand was. Een wildvreemde man, tegenover haar, in control, met een woordenvloed waar zij niet tussenkwam. Ongehoord.
'Laten we gewoon op een later moment even afspreken en een en ander onder het genot van een kopje koffie uittekenen. En dan zien we wel wie z'n no claim kwijt is. Kan jij daarmee leven? Ik tracteer! '
Eindelijk hield hij z'n mond.
'Ja' riep Rebecca.
Zonder nadenken had haar antwoord uit slechts 1 luid woord bestaan. Ongehoord encore. Wat deed deze man met haar? Tegen je aanrijden en een date regelen. Ze was verkocht maar had het nog niet door.
Hans merkte dat bij zijn stilvallen, zijn controlflow wegebde. Het uitwisselen van telefoonnummers en het maken van een afspraak in het Griftpark later die dag verliep dan ook wat rommelig. Maar de goede wil, om niet te zeggen een ietwat elektrische lading tussen beide gesprekspartners was er onmiskenbaar.
'Goed'
'Oke'.
'Dan zien we elkaar straks'
Hans wilde instappen en zag dat Phil uit de auto gekropen was en een beetje daas half achter hem stond.'stap in Phil, we gaan verder'.
'Dag mevrouw' zei Phil.
'Daag, uhm Phil?'
10.
Phil? De naam kwam haar vagelijk recent voor. Maar het manhaftig optreden van Hans en het gebruik van het woord 'mevrouw' door deze bleekneus blokkeerden de toegang tot de database waar normaal gesproken een antwoord paraat lag. 'Prettig kennis te maken', zei Rebecca dus maar. 'Als jullie het niet erg vinden, de koffiebrokjes wachten ...' Ze zwaaide nogal ruimtelijk in de richting van de Albert Heijn.
'Koffiebrokjes', zei Phil, niet veel later in de cabine van de SUV. 'Die spoort niet'.
Hmm, zei Capslock, met een glimlach om de lippen, 'we zullen zien. Maar vertel JIJ nou eens ...
Rebecca kwam uiteraard met de verkeerde boodschappen thuis. Ze twijfelde tussen een glas cognac, een bad, of een consult met haar goede vriendin Beddingveld, N.
Ook elders gierden de feromonen. Zoals in het ziekenhuis, waar Alex Crop met zijn zeldzame vangst was neergestreken. De rit ernaar toe was boven verwachting goed verlopen. Als een schelpdiertje had het vismeisje haar tengeltjes vastgezogen in zijn onderarm. De aanraking was wat krampachtig maar Crop
waagde het niet er ook maar enige lucht in toe te laten. Hij was nog nooit zo dicht op huid geweest en de onderliggende warmte overtrof de infraroodlamp in zijn hobbykamer. In de ogen van het vismeisje kwamen de draaikolken langzaam tot rust. Ze leek te focussen en wierp hem een aarzelende glimlach toe.
'Ah!' zei Crop. Daar ben je dan! Hoe gaat het me je?'
'Goed wel, geloof ik', zei de blondine. Ze kwam los van zijn arm en bloosde: 'O, kijk eens wat ik heb gedaan?' Alex Crop leek zelf wel een tweedegraads brandwond te hebben opgelopen: zijn opperhuid rood en vochtig waar het meisje zich had vastgeklampt. 'Het is niets'. suste hij. 'Laten we eerst maar eens horen hoe mooi je bent. Hoe verbrand je bent, bedoel ik'. Zijn euforie verschrompelde bij de verspreking.
Maar de blondine deed of het haar was ontgaan. 'Ik ken jou toch? zei ze onzeker. 'Hou je van vis?'
Crop dacht na, het was een penibele vraag. Hij haatte vis! Hij kon de oogjes niet verdragen van de op ijs uitgestalde zalmen of zeebaars. Ontzield en toch vol verwijt. Alleen al van het woord 'lekkerbekje' moest-ie over z'n nek. Zijn wekelijkse kraambezoek was de schuld van Phil, met z'n kibbeling-fetish, waarvoor altijd alles moest wijken. ('Hey Croppie, wat n toevalstreffer. Loop effe mee naar de visboer dan ...') Hij was meegesjokt, naar de grond starend om niet te hoeven braken, toen het gebeurde: 'Geen saus meneer, weet u
het zeker?' klaterde ergens boven hem een stem als een kristalfonteintje. Hij had omhoog gekeken en gevoeld hoe zijn ziel - en meer dan dat - rechtop ging staan. Alsof hij voor het eerst in zijn leven de blauwe lucht ontwaarde, en als de laatste amfibische mensaap zich oprichtte uit brokkelige korsten modder en klei om voortaan homo sapiens te zijn. Alex Crop wendde zich naar de spreekster als een roos naar de zon. Haar vrolijke schortje, de blonde pieken, de kleine pareltjes zweet bij de implant ... de handige inpakbewegingen en de gulle lach bij de overhandiging van elk zakje waarin welhaast vis moest zitten - het was eigenlijk teveel ineens. Sindsdien stond hij iedere zaterdag in een hongerige en ongeduldige rij viseters en bestelde daar zijn vacuumgezogen crabsticks. Ze stonken niet en leken geeneens op vis. De kat van de buren was er dol op.
Niemand wist het, het was zijn geheim. Waar het zou eindigen boeide hem niet. Hoe het zou beginnen des te meer, maar vooralsnog beschouwde hij zijn zaterdagritueel als een zalige stage. Dat uitgerekend een busongeluk hem dit gelukkige toeval had bezorgd paste perfect bij zijn opvatting dat het leven - zijn leven - verliep als het atletieknummer hink-stap-sprong. De hink was genomen, de stap gezet. Nu, vandaag, was het tijd voor de sprong!
Hou je van vis? drong het vismeisje aan
11.
Wat hij wist.
De bus die hij bestuurd had stond tussen twee steunberen tegen de Jacobikerk. Total loss waarschijnlijk. En alles stonk naar een soort visvet.
Vragen had Jack Spelling meer.
De belangrijkste twee daarvan waren:
1. waarom had hij een stadsbus bestuurd en
2. wat deed hij hier, heftig zwetend in de wc van de Biijenkorf.
'Hier woon ik dus niet meer Hans'. verklaarde Phil hemelsbreed zo'n 200 meter verderop. 'T is uit met Edith.'
Zo. Dat was eruit. Rustig ook nu.
Hans was hierop niet voorbereid en de opmerking paste ook niet in de flow van zijn dag. 'He? Wat?'
'T is klaar met Edith. Ik weet niet meer of ik eruit gezet ben, of eruit gelopen maar watdoettetertoe. Please breng me naar m'n zaak dan leg ik het je uit met bier.'
Nu moest Hans even inhouden vanwege twee politiewagens die passeerden met oorverdovende sirene.
'Maar hoe dan man? Waarom?'
'Straks Hans. Met bier.'
In ieder geval is ie weer een beetje zichzelf dacht Hans, en zette koers naar Kanaleneiland.
Dat van die bus was natuurlijk niet goed. Concentreer je Jack. What happened.
Oh ja. De beelden kwamen weer terug... oh nee ... de viskar ... zijn blinde woede ... en zij, zij, de blonde van
de viskar ... de aanleiding.
Maar eerst praktisch denken nu. Want hij werd vast gezocht voor dit akkefietje. Hoorde hij sirene's?
Wat moest hij doen? Wie had wat gezien?
Hij had zich wel eens vaker in de liefdesnesten gewerkt maar dit keer vermoedde hij een puinhoop Hors Categorie te hebben aangericht.
12.
De Nieuwe Schrijver was Utrecht ontvlucht. Hij wilde bezien of zijn werk ook in een andere omgeving stand hield. Een aantal dingen zat m niet lekker. Zo vond hij onder meer dat Phil Colors een te prominente rol had. Zijn leven leek met dat van een ieder verweven. Daarvoor was Phils karakter wellicht net iets te mager.
En dan was er Edith. Die zat nog steeds in het Kaisers Kirchen op een order te wachten. Hij moest de Board of Directors nu snel een besluit laten nemen, anders zouden de lezers haar vergeten zijn; zoals Phil nu al vergeten was dat niet hij maar zij, Edith, was weggelopen. Om wat? Ook daarover moest hij zich nodig beraden.
Over het vismeisje was hij tot nog toe tevreden. Ze sprak tot ieders verbeelding. Ze was ongecompliceerd, plooibaar, prettig gedecolleteerd en goedlachs. Ze behaagde op een manier die mannen het gevoel gaf dat ze ertoe deden. Dat hun erectie gezien mocht worden als een Willemsorde, opgespeld door niemand minder dan de koningin! Geen doodgezwegen hooglied van verlangen. Geen weggemoffelde zakdoek vol verouderd snot.
Ze was niet, zoals de meeste vrouwen, gehaaid, ook al zat ze in de vishandel en kon niemand beter kaken dan zij. Het gaf te denken, vond De Nieuwe Schrijver. Nee, beter van niet, corrigeerde hij zichzelf. Liever met een naam op de proppen komen, in hoofdstuk 12. Tahoma Bold, bijvoorbeeld; Tammy, voor vrienden. Wat een bofkont, die Crop!
Hij bestelde van de weeromstuit een biertje, en keek naar de schepen die aan hem voorbij voeren. Gingen ze stroomop- of juist -afwaarts? Het ergerde hem een beetje dattie het niet wist. Het ergerde hem nog meer dat Rebecca Venster zich niet had gehouden aan zijn suggestie om een bad te nemen! In plaats daarvan had ze gebeld met Natasja Beddingveld. Zijn uitgever nota bene. De trut van de regie.
Ben je gek geworden? Zei Natasja.
Niet gekker dan normaal. Antwoordde Rebecca
Je gaat toch niet met een wildvreemde kerel in een vaag cafeetje een botsing reconstrueren? Onder het mom van een cappuccino, maar niet heus?
Het is geen vaag cafeetje, het is een restaurant. Zei Rebbeca, maar zeker klonk het niet.
Luister! Zei Natasja. Soms denk ik echt, Rebecca, dat je stro in je hoofd hebt in plaats van hersens. Het leven IS geen roman! En dit scenario ken ik op mijn duimpje: jij hebt straks een dubbele no-claim aan je broek. Die van een auto en je hart. Moet ik je nou echt herinneren aan de laatste keer ...
Ik vin dit geen leuk gesprek. Onderbrak Rebecca haar vriendin. Ik heb het gevoel of je de bonte en de witte was bij mekaar gooit. En dat terwijl het lente is en ik toch al zo weinig heb om aan te trekken.
Er dingdongde iets op de achtergrond.
Wacht effe, ik heb een tweede lijntje, zei ze tegen Natasja.
In het display van haar gsm verscheen een naam.
Jack?! Riep Rebecca
En toen: de Bijenkorf? Wat moet jij nou in de Bijenkorf?
Ze luisterde even en zei: Natuurlijk!
13.
'Wir sind gespannt. Frau Page, Sie haben das Wort'
Vielen dank Herr Vorzug. Meine Damen und Herren, ich freue mich sehr Ihren Spass euh.. Gast zu sein. Es eeeuh waäre nicht besonders empfindlich um zu klagen ueber die eeeuh Qualität ihren Maänner...'
Dit ging niet goed. Te ingewikkelde zinnen. Te ingestudeerd. Dankjewel Phil Colors met je hochdeutschadviezen.'Entschuldigung... Ich meine Matratzen. hi hi natuurlijk, naturlich'
Inleidend grapje mislukt. Schaapachtig, meewarig Duits gelach rondom. Een vuurrode blos brandt op haar wangen.
In een reflex knipt ze het licht uit beslist dat de voorgenomen bedrijfspresentatie komt te vervallen. De powerpoint over de ingewanden van De Swiss Sense moet het werk maar doen. Misschien onprofessioneel maar in ieder geval in het donker.
Herpak jezelf Edith!
Phil met bier: 'Op dit moment is ze een hele dikke order aan het binnenslepen in Duitsland. Het Kaisers Kirchen hotel heeft haar uitgenodigd om een presentatie te geven. Het gaat om een dikke honderd van die lelijke Swiss Sense bedden. En weet je Hans, ik gun haar alle succes ook al is ze m'n concurrent. ik heb haar zelfs geholpen met een luchtig introductiebabbel. Ze moet het toch van haar charme hebben en niet van zo'n suffe powerpointpresentatie...'
'Maar wat is er dan in godsnaam gebeurt dat jij bij haar weg bent of zij bij jou ...ik bedoel Phil en Edith ... het ideale koppel oftewel wanneer gaan ze jongen?'
Met uitzicht op een zee van schotels die de hele babylonische wereld opzuigt vraagt Phil of Hans nog een Bitburger blieft en of ie nog even heeft.
Hans heeft later een afspraak in het Griftpark maar tot die tijd wil hij graag nog een bier en eindelijk eens een verhaal met een kop en een staart.
'Goed' zegt Phil 'Laat ik beginnen met het smsje. Begin vorige week krijg ik een bericht van een geblokkeerd nummer: 'Jezus vol liefde u wilt ons leiden, wij prijzen u als onze heer. Kom met u kracht oh heer, en vul ons hart steeds weer, komt tot uw volk ieder van ons. Maak ons een volk heer, heilig en rein tot u heer volkomen steeds toegewijd zijn'.'
14.
Ja en? Zegt Hans. Ik krijg die dingen om de haverklap. Reli-spam. Ik delete ze altijd meteen.
Idem maar nu niet, zegt Phil. Ik dacht: why me? Why now? Het liet me niet los. Afijn. Ik googelen. Niks natuurlijk. Heb zelfs de EO gebeld of zij wisten van een of ander social media zendingsoffensief. Ook niet. Nog een?
Not for me, thanks. Zegt Hans. Phil haalt niettemin een tweede bier uit de ijskast.
Wat me triggerde waren de woorden: maak ons een volk heer. Vervolgt Phil. En toegewijd. Toegewijd deed het voor mij.
Hoe dat precies? Vroeg Hans, een vluchtige blik op zijn horloge werpend. In de safetyzone, zag hij, en ontspande.
Ik besefte dat ik het niet was! Toegewijd. Zegt Phil. Naar Edith niet, naar de zaak niet. Naar niks eigenlijk. Laat staan een volk. Ik raakte in een behoorlijke dip. Heb in 1 week tijd 6 Haästens voor de helft van de prijs weggedaan. Beddengoed er gratis bij. I couldnt care less.
En Edith? informeert Hans.
Edith flipte, zucht Phil. Zei dat ze al zes jaar bezig was geweest om iets van een diepere zin in onze relatie aan te brengen. Dat ze het woord toegewijd best vaak had genoemd; of liever het gebrek eraan. Dat ze het laatst met wordfeud nog had gelegd! Dat ik daar toen niet iets grappigs op had terug gechat. Dat ik uberhaupt niet chatte. Dat ik al geresigned had nog voor het spel begonnen was. En dat dat een meteoor was.
Metafoor, denk ik. Zegt Hans. Hmm. Edith? Zo ken ik haar helemaal niet. En toen?
Toen was de boot aan. Zegt Phil. Ze zei dat ze regelmatig had aangedrongen om samen aan een volkje te werken. Gewoon. Vrijen voor de vuist weg. Geen sores over waar moet dat grut dan in de opvang? Gaan we de stad uit? Wie gaat minder werken? Nemen we er een kat bij? Enz. enz.
Huh huh, knikt Hans bevestigend. The usual shit. En?
Dat het typerend was voor de society-egoist die ik was om uitgerekend nu aan te komen met een volkerenwens! Echt, dat zei ze. Dat dr eieren over de datum waren. Dat ze net een nieuwe buitendienstfunctie had aanvaard. Dat ik dat heel goed wist! Dat het allemaal een smoes was om buiten de deur te neuken. Om lekker toegewijd mn tampelores op een twintigplussafari te sturen. Dat ik daar dan maar heel rap mee moest beginnen omdat die meisjes anders ook al weer verouderd zouden zijn. Dat ze geen zin had om nog langer de lakens uit te delen ... eh ... te delen. En dat de trip naar Duitsland ...
Hier breekt Phil in huilen uit. De trip. De trip naar Duitsland het beste was wat haar in jaren was overkomen.
Shit joh! Zegt Hans. Ik had echt geen idee. Hier moeten we over doorpraten. Maar ik moet nu weg, helaas.
Hang in there, man! Ik bel je later, okay?
15.
'Ik wou heel erg dat ik ja kon zeggen maar vis is echt niet mijn ding'
Alex Crop kon toch niet liegen tegen dit bakvisje.
'Hoe heet je?'
Hij ervoer een enorme nog nooit eerder meegemaakte sensatie. Gewoon cool eerlijk de waarheid zeggenom vervolgens -niets aan de hand- het onderwerp van gesprek, dubbelzinnig met een vergeten spatie, als een paling in een emmer snot te veranderden en weer op haar te focussen. Uit het mentale dalletje weer in control. Phil zou trots op em zijn.
'Tahoma' fluisterde ze welwillend.'Zeg maar Tammy, en ik vind het heel leuk dat je niet van vis houdt.'
Tahoma werd langzaamaan weer haar kordate zelf en begon Alex in rap tempo vragen stellen waarop hij zo goed mogelijk antwoordde.
Waarom ben ik hier?' - ongeluk, bus, frituurvet, wondjes, behandelen
Bus? hoe kan dat nou bus. - Weet ik ook niet. raar.
Wat doe jij eigenlijk hier bij mij? -happened to be there, eerste hulp enzo en dan op aandringen ambulancepersoneel, tuurlijk, logisch, graag gedaan.
Waar is Braat Commandeur? - Weet niet, misschien ook wel in het ziekenhuis.
Braat Commandeur wiens naam aan alle zijden van de viskar stond vermeld in rood, wit en blauw. De eigenaar. Koning kaker. Jammer dat deze naam ter sprake kwam.
Stroomopwaarts natuurlijk!Want het water stroomt niet van de zee het land in. De schepen die hij zag voeren in de richting van het duitse hinterland. Stroomopwaarts dus. De nieuwe schrijver voelde ruimte in zijn beleving van alles ontstaan na het het oplossen van deze zelfverzonnen ergernis. Crop doe nog eens iets.
'Tahoma, Tammy, kan ik iets voor je doen. Kan ik misschien iemand bellen.'
Terwijl Tahoma daar even over nadacht zwiepten de klapdeuren van het kamertje waar het ambulancepersoneel de twee gestald had, open. Twee struise verpleegsters, waar de ervaring vanaf spatte, klotsten op hun witte klompjes binnen. 'we gaan u naar de dokter brengen' riep Jacqueline alsof iedereen doof was..'Meneer moet even hier wachten' riep Karin eveneens met het volume van een stadionspeaker. In een halve tel was Tahoma's bed op wieltjes gedraaid en op weg te verdwijnen door de klapdeuren. 'Zou je Jack Spelling voor me kunnen bellen?' riep Tahoma in het wegrijden.
Alex had geen kans nog te reageren. Alles ging te snel. Niet alleen de zusters ~Jacqueline en Karin, wier namen op de hakken van hun klompjes nog nabrandden op Alex' netvlies, maar ook de verwerking van de naam Jack Spelling. Wat moet Tahoma uit Spakenburg met Jack Spelling? Hoe vaak komt zo'n naam voor?
Bedoelt zij inderdaad onze schaduwspits?
16.
Dat was Jack, zei Rebecca, Natas' ik ga je hangen ...
Die draaide voor niemand zichtbaar met haar ogen. Becky, doe me een lol, zei ze. Zet nou eindelijk eens een punt achter die zak!
Fout! Zei Rebecca. De punt komt ervoor. Het is Puntzak! Dat weet jij ook wel, pop! Bye. We belle.
In het ophangen deed ze de deur open. Ze had geen zin om te wachten op het roffelende geklop van d'r ex.
Ze was benieuwd in welk van de zeven sloten - of schoten - hij nu weer gelopen was. In haar tijd waren dat er vier geweest. Een even aantal in ieder geval, bah! Vond Rebecca.
Jack viel op typetjes: het spontane type (Zijzelf), het Aziatische type (Kim Wah), het gelovige type (Brecht) en het sportieve type (Linda). 'Koop n stripboek!' had ze een keer geroepen.
'Doe ik ook. Regelmatig. ' Had Jack teruggegrijnsd. 'Het heet Wiske en Wiske.'
Na verloop van tijd begon het charmante koppeltje Jack & Rebec steeds vaker te rijmen op elke gek zijn gebrek. Het was niet eens van belang wie wie was. Hun scheiding voltrok zich zoals een kind opeens van maatje 176 in de 34 rolt, een kwestie van tijd. 'Van een hangende spits knapt niemand op' had Rebecca hun uiteengaan samengevat. 'Het was so wie so de vraag wie in onze relatie de nummer 10 positie bekleedde, weet je? Doe mij maar een verdedigende middenvelder. Of een centrumspits. Desnoods een opkomende linksbuiten met een strakke diagonaal in de benen .... Ik ben wel klaar met iemand die zichzelf de verbindende schakel vindt tussen mij en mijn seksegenoten.'
Stoere praat, maar ondertussen.
Ondertussen liep ze gejaagd voor dr kleerkast op en neer. Niks om aan te trekken. Maar dat kon natuurlijk niet. In dr blote kont naar het Griftpark. Misschien had Natasja gelijk. Niet gaan. Gewoon afbellen. Misschien was het wel een TEKEN dat Jack langs kwam. Getverdegetver, dacht Rebecca. Een date. In het Engels betekent dat gewoon iets te eten. Maar ik moet in een of andere tent verleidelijk gaan zitten wezen. Of keihard over een kras in mijn carrosserie beginnen. Of onder invloed van een espresso heel beleefd zitten faken dat ik niet wil zoenen. Wat doet koffie eigenlijk met je libido?
En waar bleef Jack?
Het was precies dezelfde vraag die Edith zich stelde, aan de bar van het Kaisers: Waar blijft verdomme mijn Jack?!
Jack Daniels was haar vaste compaan als iets was misgegaan. En er WAS veel mis gegaan. Ze vreesde met grote vreze dat ze kon fluiten naar d'r provisie. En al had ze Phil voorlopig geparkeerd, ze zag zijn smugface al voor zich: 'Uiteindelijk gaat IEDEREEN voor een Haestens, liefie!' Misschien moest ze in de Tempur ... , of M-line, gezellig een paar demootjes verzorgen met Mark Tuitert. In ieder geval niet iets met zo'n hoge prestatieverplichting.
Ze schrok op van een hand op haar rug. En een in haar oor gefluisterd 'Nee maar! Wat doet mijn favoriete matrasmeisje in het land van de Mof?' Edith hoefde niet te raden: het was Bur Oblatt, topdeskundige Verandermanagement WDO. Waar dan ook, betekende dat. Bur maakte niet zelden duidelijk dat hij met evenveel gemak zijn kippen achterstevoren een ei kon laten leggen, als een reorganisatie van een salesafdeling bij Volvo voltrekken. In zijn beleving draaide alles in het leven om de vraag: wie is de haan? En wanneer gaat-ie kraaien?
Edith kon er niets aan doen; ze wierp zich aan zijn borst en ...
17.
En hoe weet Tahoma dan dat ik Jack ken?
En als ik Jack bel wat zeg ik dan? En wat heeft Jack met Tahoma dat ze uitgerekend hem op de hoogte wil brengen van het kibbelingdebacle. Al beschouwend kwam Alex tot de conclusie dat vandaag met afstand de enerverendste dag uit zijn leven was. Goed, daar was dan wel niet zo veel voor nodig maar toch. Vandaag deed hij ertoe en had hij diep in de ogen van een blonde godin gekeken. En een ziel gezien. Eentje van the oppositie sex nog wel. Een en ander voelde als een soort emotionele coming out. He could be Bruce fokkin Willis if he wanted to!
Roekeloos greep hij zijn mobiel en belde
Laat dat jochie mij maar even haarfijn uit de doeken doen wat is going on here. Mister Speed op Cola light.
Ha!
Kak!
Wat moet Crop nu van mij? Jack Spelling keek op zijn Blackberry en zag de beller 'keepertje' oplichten. Hij bevond zich halverwege de kadetrap van de woonark van Rebecca.
Opnemen toch maar. Ingelaste wedstrijd zeker.
'Lex, Jack hier. Snel als het snel kan please, I'm in a hurry'.
'Jack my man, of that can, ik weet het niet but the following is on the hand'.
Was dit Crop? Beetje bijdehand reageren? In het geheel niet. Jack verbaasde zich hier, ondanks zijn sores, behoorlijk over.
'Vertel het eens' bond hij in.
'Well Jackyboy, mij is gevraagd door een zekere dame, dewelke ik zoeven hoogstpersoonlijk heb begeleid naar het plaatselijke katholieke ziekenhuis vanwege enkele niet levensbedreigende maar toch vervelende en zorgbehoevende brandwondjes, om een zeker iemand van dit feit op de hoogte te stellen'.
'CROP ALSJEBLIEFT WAAR GAAT DIT OVER EN LUL NORMAAL MAN!
Wacht eens even. You are Crop aren't you!'.
'Yes Jack, I am. And the question is the following: Ben jij bekend met ene mejuffrouw Tahoma Bold?'
Met een enigszins bezwaard gemoed - hij had zijn vriend Phil in zijn put in Kanaleneiland achter gelaten - was Hans achter het stuur van zijn 4x4 gekropen. Hij was op weg naar iets dat naar avontuur rook. En dat rook zo spannend dat op de Graadt van Roggeweg zijn bezwaarde gemoed al had plaats gemaakt voor vragen als: 'ruik ik fris genoeg?' En 'moet ik een kadootje meenemen?'
18.
Het stoplicht vervormde en werd een dansende bos rode krullen, wild als het wingerende pispotje in zijn grootvaders moestuin; hoe vaak had hij daar als kind niet in vast gezeten? Hoe graag zou hij nu ... Ongeduldig getoeter achter hem. Groener wordt 't niet, eikel! riep iemand overdreven hard.
Ook het voorstellingsvermogen van Rebecca maakte overuren. Ze was in kant maar niet aan kant. Wat een maffe dag, dacht ze. Eerst een bed, toen een botsing, dat bleek een date en toen Jack. Als ik fast forward en verder niks doe denk ik dat het enige wat ik aan vandaag overhoud een ouderwetse botsing met Jack is. Wel! Hij kan de pot op. Samen met Natasja. Hoezo geen roman? Het leven is zo romantisch als je het maakt. Anytime, anyplace, anywhere.Meteen dacht ze aan Hans. En wat een vrolijke naam dat toch was. Hollands als Unox, open als de Keukenhof. Waar had ze zijn nummer? Na drie keer een foute vier toetste ze raak.
Capslock ... klonk het, aan de andere kant. Hi, zei Rebecca. Je klinkt als the beach boys. Met Rebecca Venster trouwens. Van de deuk?
Hans Capslock kon snel schakelen en deed dat ook. Als ik zeg: and the way the sunlight playsupon her hair, wat zeg jij dan?
Good, good, good. Good vibrations! Lachtte Rebecca. Hans, ik heb hier een klein calamiteitje. Een tiny winy dingetje dat ik even moet afronden en dan kom ik naar je toe. Is dat okay?
Primadelux, zei Hans. En rilde van zichzelf. Hij was toch geen sportverslaggever?!
Ehm ... zei Rebecca. Om de tijd te doden heb ik een soort vraag voor je.
Shoot, zei Hans.
Stel je hebt een deur, en een slot, en een sleutel die niet past. Wat doe je? Vervang je de sleutel,het slot of de deur?
Zaalvoetballer of niet, Hans Capslock had niet voor niets MD achter z’n naam. Een prettige intellectuele uitdaging - als dat het was - ging hij evenmin uit de weg als de eerste de beste aanvaller die hem voorde voeten liep. Wat als ik het raad? Vroeg hij
Mmm, zei Rebecca. Dan mag jij de koffie betalen!
Twee andere karakters waren er intussen heel wat minder opgewekt toe. Jack Spelling was in een soort stuitligging op de kadetrap gezakt na een verontrustend telefoongesprek met Alex Crop. Crop kende Tahoma! Tammy. Shit nog aan toe. Die kleine meelbal had een grote muil opgezet en zich gedragen als Kenneth Star versus Clinton. What else did he know? En Tammy in het ziekenhuis. Jeez! Er is licht aan het eind van de tunnel, dacht Jack, maar niet voor een mol!
Een kleine 5 km verderop had Phil Colors een geeltje op de deur van zijn beddenspeciaalzaak geplakt: wegens verbouwing gesloten. Hij had nog geen idee wattie ging verbouwen. Voor mijn part mais, dacht Phil, onverschillig. Of hennep. Misschien passen die plantjes naadloos in mijn voorraad lattenbodems. Een zeldzaam gevoel van eenzaamheid overspoelde hem. Edith weg. En nu Hans, die zomaar de benen had genomen. Raar!Hij stommelde richting het keukentje achterin de winkel. Het bier in hem was niet omlaag maar omhoog geborreld. Het gistte een beetje, achter zn ogen. Water! Dacht Phil. Een koel, kletsend koud glas water. Hij reikte naar de kraan maar bleef met zijn rechterbeen ergens achter haken. De tas met Perla, herinnerde hij zich. Krentenwegge. Focking mangosap! Even was hij Andre Kuipers in de ruimte: gewichtsloos, voor minder dan een tel. En in nog minder dan dat wist Phil dat hij zou gaan vallen. Zijn hersenen dicteerden een halve draai, maar zijn voet zat vast in een dubbele schroef. Als een bungeejumper aan een stuk uitgeveerd elastiek lazerde hij tegen de vlakte. De afstand was klein, maar de weerstand groot. Knak! Zei er iets, vlak onder zijn oor. Toen hij opkrabbelde leek het of hij tot ridder was geslagen. Niet met een zwaard, maar met een gloeiende pook die een witheet spoor van pijn langs zijn linker bovenarm trok ...
19.
... huilde. En als Edith huilde dan huilde ze. Groots en meeslepend.
En Bur snoof. Intens tevreden met het feit dat hij gewoonweg - laten we het, omdat we toch in die Heimat zijn, Fingerspitzengefuhl noemen - weer eens op de juiste tijd, op de juiste plek was. Sneue kippetjes zijn makkelijk te verschalken. WaarDanOok.
'Tisterdan meissie, wattisterdan? Huil jij eens even lekker uit bij de Burrebaas'.
Na zo'n 5 minuten janken vond Bur het tijd voor stap twee: Uitgesnotterd samen een drankje drinken. Dan mag het meisje nog even leeglopen zodat niets stap 3 (inleidend frummelen) in de weg staat. Maar toen toen Edith was uitgesnotterd, liep ze geheel tegen de gangbare wetten in dit soort zaken WaarDanOok in, niet leeg.
Bur hoorde niet wat de reden van haar sores was: 'laat mij maar even ... een vrouwendingetje ...' en vreemd genoeg bleef het daarbij. Bur couldn't care less maar voelde zich nu toch onzekerder over stap 3.
Klingel klongel. Eindelijk kwam ook Jack Daniels kijken of het weer ging. Pfft. Met ijs. Dat wast toch uitdrukkelijk niet besteld.
'Hee Horst hör mal. Ohne Eis hab ich gefragt'
Jankgezicht of niet, Edith liet zich niet door deze slome ober wegzetten met ijs.
'Und dann mochtte ich gern einen Wodka mit darauf Martini und dann, ja jetzt kommts, eine Olive daneben' snoof Bur met een superieure uitdrukking die een flinke wissel trok op Horsts aangeboren hoffelijkheid.
Selbstverstandlich, sofort' bracht hij uit.
ScheissHolländer dacht hij uit.
'Och nein bitte nicht'. Waarom Phil In Duits dacht wist hij niet. En hij was het zich niet bewust. Hij probeerde zijn arm wat te slingeren maar hield daar na een rondhollands "AUW KUT" snel weer mee op. Ik- ik moet naar de eerste hulp dit is niet goed. In een pijntrance bewoog hij naar de voordeur. Duwde deze met z'n achterste open en wurmde zich naar buiten. Met zijn rug tegen de etalage voelde hij het bloed uit zijn gezicht wegtrekken en zakte langzaam naar beneden. 'Help!'
Hij wist niet of hij het riep of dacht.
'Buurrman? Buurrman?'
Dat zei Phil niet. Wie wel?
Phil keek op. Bouchra van de buren. Hhhm logisch.
Wat was ze toch mooi.
Buurrman, wat iesser met jou aan de hand?
'auw arm' zei Phil en in z'n roes tilde hij zijn arm op om die woorden kracht bij te zetten. FOUT! 'AUWW!
Bouchra schrok van vreemde hoek in de arm die haar getoond werd en ook van het begeleidend gejammer.
'Buurrman, stilzitten niks doen! Denk erom!'
En dat was precies waar Phil behoefte aan had: hij hoefde maar te doen wat hem gezegd werd.
Bouchra pakt ondertussen haar mobiel en toetste drie nummers in. Ze luisterde aandachtig en hield intussen met een schuin oog in de gaten of buurrman Phil zich aan de afspraak hield.
20.
Mevrouw Bold?
De arts assistent schuift, nee zwiept het gordijn open waarachter Tahoma grootogig de dingen van de dag de revue laat passeren. Erg helder is het allemaal niet; temeer daar ze wordt afgeleid door de vrolijke prints op het raamfolie van de onderzoeksruimte. Grappig genoeg lijkt het dr eigen viskraam wel: een zalm met een rokje aan zit schrijlings op een zeepaardje; ze zitten een intkvis op rolschaatsen achterna, die plagend een kroontje in een van zn armen omhoog houdt. In de kantlijn blaast een sprot op een politiefluit.
Mevrouw Bold? Klinkt het nogmaals.
Tahoma schrikt op. Ja? Dokter?
U kunt direkt naar huis. Zegt de arts assistent, wiens naamtag DORIGO WIERPER leest. Uw brandwonden zijn van dien aard dat een nat kompress volstaat. De zuster zal u wat verbandgaas meegeven. U mag gewoon douchen, douchen is goed. Over twee weken zien wij u dan graag terug voor een controle.
Gelukkig, dokter, dank u wel, knikt Tammy. Ik kan weer gewoon aan t werk? Vraagt ze er voor de zekerheid achteraan.
Dat is te zeggen, zegt Wierper. Er IS nog een ander dingetje dat ik even wil aanstippen. Uit het bloedonderzoek blijkt dat u tussen de 8-10 weken zwanger bent ... Klinkt dat bekend?
Alsof een van haar klanten een stuk gerookte dolfijnhaas heeft besteld, zo kijkt Tahoma naar de witte jas aan haar bed.
Doe normaal! Roept ze. En dan: Oh sorry
Ik doe heel normaal, zegt D Wierper nogal pedant. Dus je wist het niet. Mijn beurt om sorry te zeggen dan maar. Maar je cyclus, jongedame ..., kom je weet toch zeker zelf wel ...
Ik weet helemaal niks. Eh. Als het niet hoeft, zegt Tammy verdedigend. Alles wat je moet weten is hier een visje eten. Dat staat bij ons op de kraam. Weten is voor proleten zegt mijn baas. Al die wijsneuzen die gravad lachs bestellen als ze gewoon zalm bedoelen. Wij verkopen alleen Goed Lachs! Onthou dat Tammy.
Ratelt ze nu? Ja, behoorlijk.
Eh, hoe dan ook ... onderbreekt Wierper haar, met een blik op de klok boven de deur, ik heb nog meer patienten. Doe mij een lol en koop een zwangerschapstest. Kleine moeite, groot plezier. Mag ik hopen! En nathouden die boel. Geen zalf!
Nou, ismedat schrikken? kleppert de zuster op de Karin-klompen opgewekt. Ze rommelt wat in een lade en tovert handzaam verpakte gaasjes tevoorschijn. Steriël staat erop. Ik geef je waterbestendige Hansaplast mee, da s wel zo makkelijk, zegt ze. Dan kun je het gewoon laten zitten als je in bad ofzo gaat. Om de dag een nieuw gaasje, voor een week. Een pilletje doen we maar niet, he? In jouw geval. Want dat vergeet je toch maar.
Het misse grapje ontgaat de arme Tahoma, voor wie de woorden als stuiterballen door de kamer ketsen. Zwanger! Nee. Ja. He? Niks gemerkt. Wanneer? Wat nu? Hoe kan dat nou? Nou ja, het kan. Nee, het is zo. OH. Toen. Die keer. Dat ze misselijk was. En ze dacht dat het aan de frituur lag. Braat die gek werd van dr gezaag dat de olie zo stonk. Nee!
Als een slappe pop laat Tahoma Bold, gebrandmerkte moeder in spe, zich door de deur naar de wachtkamer loodsen.
Kijk s meneer, daar is ze weer. Twee voor de prijs van 1! Loeit zuster Karin tegen de nog altijd geduldig wachtende maar ook licht vertwijfelde Alex Crop.